de burgemeesters van Bocholt, Winterswijk, Vreden, Oost-Gelre, Südlohn/Oeding en een wethouder van Aalten. Foto: Achterhoek Nieuws
de burgemeesters van Bocholt, Winterswijk, Vreden, Oost-Gelre, Südlohn/Oeding en een wethouder van Aalten. Foto: Achterhoek Nieuws

Cross Border Meeting brengt problemen én oplossingen in beeld

Algemeen

WINTERSWIJK - Het Strandbad vormde op woensdag 6 september het decor voor de Cross Border Meeting, georganiseerd door het netwerk de Grenzhoppers en werkgeversorganisaties aan beide zijden van de grens. Burgemeesters, wethouders en ondernemers uit Kreis Borken en de Achterhoek bogen zich over de vraag hoe grensoverschrijdende samenwerking in onze regio kan worden versterkt.

Door onze verslaggever

Onder de naam 'Grenzhoppers' organiseren de Achterhoekse grensgemeenten sinds juni 2016 ontmoetingen met hun Duitse buurgemeenten, bedrijven, onderwijsinstellingen en culturele instellingen. Een Engelse benaming voor een bijeenkomst van twee buurlanden, die elkaars taal letterlijk en figuurlijk goed spreken. Want dat is wel duidelijk geworden: de ambitie voor een betere samenwerking is aan beide zijden van de grens duidelijk aanwezig.

In zijn openingswoord ging burgemeester Joris Bengevoord kort in op het werk van de Grenzhoppers. Elkaar leren kennen, kennisuitwisseling op de gebieden Onderwijs, Overheid en Ondernemen. Van zestien leden in 2016 is Grenzhoppers in anderhalf jaar gegroeid naar 180 leden. Netwerken om bestuurlijke lijnen, sneller, korter en effectiever te maken. Er is door de Grenzhoppers een ambitiedocument opgesteld over de grensoverschrijdende samenwerking Achterhoek-Duitsland met een focus op vijf thema's: de arbeidsmarkt, het onderwijs, het ondernemen, de mobiliteit en bereikbaarheid, en de vrijetijdseconomie. De burgemeesters bespraken dit later in besloten kring.

Duitse aanwezigheid
Dat problematiek bij grensoverschrijdende samenwerking aan Duitse zijde, ook door de hogere overheden, serieus wordt genomen blijkt wel uit de afvaardigingen van de Duitse ambassade in Den Haag en van de Staatskanzlei in Düsseldorf. Deze vaststelling ontlokte gespreksleider Jan Oostenbrink de opmerking: 'waar is Den Haag?', doelend op de afwezigheid van de Nederlandse hogere overheden.
Thomas Wiltberger van de Duitse ambassade legde aan de ene kant in zijn toespraak de vinger op de zere plek met geestige voorbeelden over de verschillen aan wederzijdse zijden van de grens. Aan de andere kant gaf hij ook hoop als het gaat om diploma-erkenning. Tachtig procent van de inhoud van de opleidingen bleek identiek te zijn. Een korte nascholing moet dan toch voldoende kunnen zijn, volgens Wiltberger.

Wat zijn dan die knelpunten?
Alle sprekers zijn het erover eens dat de wet- en regelgeving, de belasting, het zekerheidsstelsel en diploma erkenning beter op elkaar moet worden afgestemd. Vooral een proces voor hogere overheden, dat tijd kost. Maar ook is er een gebrek aan kennis over de organisatie- en ondernemingscultuur aan de andere zijde van de grens, wat in een persoonlijk gesprek door Jürgen Steverding, bedrijfsleider van Frontoffice in Rhede, zeer verhelderend door anekdotes wordt verwoord: "Voor de Nederlandse werkwoorden: bijpraten, langskomen en binnenlopen bestaan eigenlijk geen Duitse equivalenten, die dezelfde lading bevatten. Steverding over formeel en informeel: "Als een gesprek te formeel wordt, denkt de Nederlander dat er geen 'klik' is; wordt het te informeel, dan voelt de Duitser zich niet serieus genomen." Voor Steverding is de taal duidelijk geen probleem: hij spreekt vrijwel perfect Nederlands.

'Dat hoor ik daar wel'
Een ander onderscheid is de wijze van solliciteren. De Nederlander komt met een CV van een A4-tje, de Duitser met een dikke 'Bewerbungsmappe'. De Duitser verwacht een gedegen voorbereiding en de Nederlander 'ziet het tijdens de bespreking wel'. Steverding ging met een Nederlandse klant, die zich op de Duitse markt wilde begeven naar een bedrijf en vroeg onderweg: "Heb je nog op hun website gekeken?" Het antwoord luidde: "Nee, maar dat kunnen ze me daar wel vertellen."
Jeroen Keetels, CFO van Brink & Campman, ziet ook wel weer unieke kansen voor die 'verrückte Holländer', die het allemaal een beetje anders doen en zo makkelijk contacten leggen. Duitsers zijn wat planmatiger, Nederlanders misschien wat creatiever, is in de wandelgangen te horen.
Bij Netgo Systemhaus Borken zijn zes Nederlanders in dienst en er komen er steeds meer. Bedrijfsleider en vennoot Benedikt Kisner ziet eigenlijk niet zo veel belemmeringen, hetgeen door de Nederlandse salesman van zijn bedrijf, Kars Engwirda, wordt bevestigd. "Maar dat komt ook wel, omdat er bij 'Netgo' een wat meer Nederlandse cultuur heerst."

Oplossingen in het vooruitzicht?
Er is al het een en ander tot stand gebracht: taalonderwijs, grensoverschrijdende dienstencentra, netwerken tot stand gebracht, het Euregio spreekuur en samenwerking op het gebied van de hulpdiensten. Thomas Deckers overhandigde namens de Bocholtse Feuerwehr een koppelingsstuk aan Thomas Wiltberger. De koppeling is nodig om de verschillende blussystemen van Nederland en Duitsland te verbinden. Om over de rol van de hogere overheden te spreken, was Matthijs Zuiding uitgenodigd, voorzitter bij actieteam Grensoverschrijdende Economie en Arbeid (GEA).

'Doorpakken'
Zuiding begint met zich te verontschuldigen dat hij uit de Randstad komt. Tijdens zijn lidmaatschap van de Tweede Kamer was er 'heel weinig gevoel voor wat het betekent om te wonen en te werken in de grensstreek'. "En het is echt heel anders", weet hij nu. Het actieteam heeft bij zeven thema's doelen geformuleerd, die resulteren in 40 actiepunten. Maar belangrijk daarbij is, dat er ook aangegeven wordt wie het gaat uitvoeren. Zuiding steekt de hand in eigen boezem als hij eraan toevoegt: "Dus niet alleen abstraheren waar wij zo goed in zijn, maar namen en rugnummers zijn toegevoegd." In de wandelgangen geeft hij nog aan dat de niet parallel lopende bestuurslagen (in Duitsland vier en in Nederland drie) met verschillende bevoegdheden, het nog wat ingewikkelder maakt. Een lange weg te gaan dus, maar uiteindelijk gaat het lukken, is de conclusie van deze dag.

Praktisch en symbolisch: Thomas Wiltenberger van de Duitse ambassade ontvangt van Thomas Deckers van de Bocholtse Feuerwehr het koppelingsstuk tussen de Duitse en Nederlandse brandweersystemen.

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant