Wethouder op werkbezoek bijgepraat over effect Duitse les basisscholen

MEGCHELEN – Ruim een jaar volgen basisschoolleerlingen van Stichting Essentius nu een half uur Duits per week. Afgelopen maandag kwam wethouder Peter van de Wardt naar de Sint Martinusschool om een les bij te wonen. Gelijk liet hij zich door de docenten en projectleider Jeannine Jansen bijpraten over de resultaten tot zover. Hij is overtuigd van de noodzaak het Duitse taalenthousiasme voor inwoners van de grensprovincies van jongs af aan al aan te wakkeren.

Door Reinier Kroesen

Sinds vorig najaar is het Duits op zeven van de negen onder Essentius ressorterende de basisscholen een verplicht vak. Het gaat niet zo zeer om kennis van grammatica, wel om spreekvaardigheid. Het belangrijkste is dat kinderen het aandurven Duits te praten. De lessen worden gegeven door Femke Roelofs en Jeannine Jansen. Laatstgenoemde stuurt dit Buurtaal Project aan. "Ik zit ik in de expertisegroep die bijeenkomsten organiseert voor de verschillende scholenclusters die hierin samenwerken. Ons cluster bestaat uit Essentius en enkele Duitse scholen: Ludgerusschule/Bocholt, Leegmeerschule/Emmerich en de Katholische Grundschule/Anholt." Het werkbezoek was informeel van opzet. Van de Wardt mocht aanschuiven bij een gecombineerde groep 1 en 2 die op speelse wijze Duits onderricht kreeg. Met behulp van het digibord werden door juf Femke spelenderwijs woordjes vertaald en een liedje ingestudeerd met als thema het feest van Sint-Maarten.
Naderhand benadrukte de wethouder hoe belangrijk hij dit project vindt. "Ik was in Brussel voor een bijeenkomst met veel vertegenwoordigingen uit de grensstreek. En we waren het erover eens: laten we alsjeblieft die buurtaal goed leren. Dat is zo belangrijk bij het grensoverschrijdend werken, wonen en recreëren. Vroeger was de kennis van het Duits zo veel beter. Iedereen keek naar de tv-programma's van onze oosterburen, je had tenslotte maar enkele Nederlandse zenders. Die 'sprache' werd je toen met de paplepel ingegoten. Engels is tegenwoordig veel meer voertaal geworden, maar dat geldt ondertussen ook weer voor het Duits. Duitsland is natuurlijk het land van de techniek en onze regio is met al zijn metaalbedrijven daar nauw mee verbonden. Bij Kaak in Terborg zeggen ze bijvoorbeeld dat degenen die zich met Engels en Duits redden daarmee de hele wereld over kunnen. Vandaar dat ik dit taalproject erg toejuich. Vanuit de Haagse politiek is daar wel aandacht voor, maar het blijft toch meer met de mond belijden dan de daad bij het woord voegen. Ik zou graag zien dat Duits een verplicht vak wordt, zowel in het basis- als voortgezet onderwijs. En dan vooral voor grensprovincies, die hebben daar het meest belang bij. Ik vind het belangrijk dat vanuit Den Haag daar budgetten voor vrijgemaakt worden."
Het is nog te vroeg om iets te zeggen over de resultaten van Buurtaal. De eveneens aanwezige Esther van Lunteren heeft echter de ervaring dat het zijn uitwerking niet zal missen. Zij geeft al enkele jaren Duits in Duiven en zegt dat ze het effect daar nu al merkt.