Ria Tuenter.

Ria Tuenter.

Column Ria Tuenter: Foto’s vol herinneringen

Algemeen

Na ruim twintig jaar hebben manlief en ik eindelijk de moed verzameld om onze woonkamer een make-over te geven. Fris kleurtje op de muren, andere meubels en vooral afstand doen van veel, heel veel onnodige prullaria. Er is hier zowaar een mooi woord voor bedacht: ‘ontspullen’. Zo creëer je rust in je huis en daarmee rust in je hoofd. Een ander voordeel van zo’n grote opruiming is dat je ook vergeten schatten tegenkomt. 

In een schoenendoos, vrijwel onbereikbaar weggestopt achterin een hoge kast, stuit ik op zwart-wit foto’s van enkele decennia geleden, gemaakt voor mijn ouderlijk huis. Foto’s zonder opsmuk, zo uit het dagelijks leven gegrepen. Ons hele gezin staat erop, inclusief mijn lieve omaatje. Ze brengen mooie herinneringen naar boven. 

Ik ben 6 als mijn moeder hertrouwt en ik van een flat in Hardenberg naar een boerderij in het buitengebied van Heelweg verhuis. Ik krijg niet alleen een lieve vader, maar ook een geweldige opa en oma erbij. Zij wonen bij ons in. Of eigenlijk is het andersom: wij gaan bij ‘de oldeluu’ inwonen. Alleen de deel scheidt opa en oma’s woongedeelte met dat van ons. Geen woningsplitsing, want dat is in die tijd nogal ingewikkeld (en duur) geloof ik. Dus we delen basisvoorzieningen zoals keuken, douche en wc. Al is er bij die eerste twee nauwelijks sprake van delen. Mijn moeder kookt namelijk voor de hele familie en de douche is niet aan opa en oma besteed. Wassen met een teiltje voor het aanrecht voelt vertrouwder. 

“Keihard bonkt oma met een bezemsteel tegen mijn vloer”

Voor een kind is het heerlijk om op te groeien met je grootouders zo dicht in de buurt. Als je onenigheid hebt met pa en ma, is morele support dichtbij. En als je geen zin hebt in voetbal op tv, kijk je gezellig samen met oma naar PeytonPlace. En zoals dat meestal gaat, mag je van opa en oma altijd meer dan van je ouders. Opa - die geen rijbewijs heeft- gaat regelmatig met de fiets op pad. Vaste prik is zijn wekelijkse bezoek aan de markt in Doetinchem en altijd komt hij terug met een gerookte makreel. Soms ook met een cadeautje voor mij. Oma is wat huiselijker ingesteld en is vaak in de tuin, tussen de bloemen en planten te vinden. Als ik aan haar denk, komt er een glimlach op mijn gezicht.

Even een kleine situatieschets: onze - eveneens gezamenlijke - telefoon hangt bij opa en oma aan de keukenmuur en mijn slaapkamer bevindt zich boven de deel. Daar maak ik mijn huiswerk en luister naar muziek met de volumeknop voluit gedraaid. Als er telefoon is voor mij, heeft roepen geen zin. Dat hoor ik immers toch niet. Mijn moeder heeft daar een doeltreffend signaal voor: zij zet de hoofdschakelaar in de meterkast om, zodat er even geen stroom - en dus ook geen herrie - is. Mijn oma heeft een wat onorthodoxere methode bedacht. Zij tikt een paar keer keihard met een bezemsteel tegen mijn vloer. Zodra de naald van mijn pick-up begint te stuiteren, weet ik hoe laat het is en draai ik het volume naar nul. Daarna klinkt steevast: ‘Riááá, te-le-fóóón!’ Op elpees uit die tijd zijn de stuitersporen nog zichtbaar aanwezig. Het zijn dierbare herinneringen die dankzij deze familiefoto’s weer naar boven komen. Dat ontspullen is heerlijk, maar deze foto’s doe ik niet weg. Ze gaan terug in de kast, maar dan wel een paar verdiepingen lager, zodat ik ze makkelijker kan pakken, bekijken en terug kan denken aan een heerlijke, onbezorgde jeugd.

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant