Remko Alberink.

Remko Alberink.

PR

Column Remko Alberink: Verwend

Opinie

Ongeduldig sta ik als het paard van de goedheiligman te trappelen bij een supermarkt aan het Kennedyplein in Ulft. Ik heb net ergens de lunch afgehaald en sta nu in de rij voor een van de weinige open kassa’s, om nog even een paar kilo aardappelen af te rekenen die in de aanbieding was. Bij een bezoeker bij mij in de rij zijn er problemen met het pinapparaat. Ik zucht en zucht nog eens, alsof ik zwaar getroffen word.
Achter mij staat een senior die veel minder dramatisch doet. Winkelen kost tijd, en doe niet zo moeilijk, jij overhaaste gast voor mij, lijkt hij te denken. Gelijk heeft hij. Want ik heb geen haast, ik word niet onder druk gezet, de lunch loopt niet weg als ik vijf minuten later aan mijn broodje gezond zit, het is alleen dat onbestendige gevoel in mij.

Eigenlijk moet ik mezelf een spreekwoordelijke tik op de vingers geven. In Nederland zijn we wereldkampioen ‘elkaar gek maken’, en ik doe er ook vrolijk aan mee, dat kan echt anders.
Patricia Paay, André Hazes domineren het nieuws deze dag en gelukkig is K3 godzijdank weer compleet als ik dit schrijf. Waar hebben we het eigenlijk over, dit terwijl er een pandemie heerst die nog lang niet voorbij is. Individualisme viert hoogtij, in de supermarkt, in het nieuws en in het bestrijden van corona. Het wijzen naar de ander is volop bezig om maar een dader te kunnen duiden. Natuurlijk zijn er in Nederland schrijnende situaties, in de ziekenhuizen, verzorgingshuizen en achter talloze voordeuren, maar die moeten we samen oplossen.
Onwillekeurig gaan mijn gedachten uit naar Roemenië. Daar waar de Roma-bevolking in schrijnende armoede in de heuvels rond Oradea verblijft, wonen is een te luxe benaming. De Moeder Teresa Stichting uit Ulft zet zich al decennia in voor deze groep mensen, verstoten door de Roemenen, vechtend om te overleven.
Bij het opruimen van een kast kwam ik deze week wat videomateriaal van de stichting tegen van een reis naar Roemenië. Hoe zou het daar nu zijn? Naast koud en nat, triestig en uitzichtloos. Ook daar is corona. Een ding weet ik wel. De Roma die ik destijds trof zijn een homogene groep mensen. Binnen de overlevingsdrang van elk individu kijkt men ook om zich heen om een ander te kunnen helpen.
Veel meer dan hier bij ons, waar wij fanatiek bezig zijn met het zoeken naar schuldigen voor het uitblijven van dé corona-oplossing. Wij zijn vooral druk met kijken naar wat we niet meer kunnen, wat ons door corona wordt afgepakt, verwend als we zijn. Zoals ikzelf in die rij bij de supermarkt. Ik moet dankbaar zijn dat we naar de supermarkt kunnen, in plaats van me te ergeren aan een rij van drie mensen voor me. Die luxe heeft niet iedereen.
Die saamhorigheid op het Roemeense platteland? Daar kunnen wij in Nederland nog wat van leren.

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant