Afbeelding
Foto: Roel Kleinpenning

Falke & Wilbrink

Cultuur

Voorwaarts leven en achterwaarts begrijpen 

ULFT - Falke wandelt als eerste het café binnen en na de gebruikelijke koetjes en kalfjes, beschrijft hij met zijn armen boven zijn hoofd, alsof hij een camera vastheeft, heel beeldend fotograaf Roel Kleinpenning die straks de foto komt maken: “Mooie kearl is dat, hij kan soms zo fotografen, zonder te kijken.” Als Wilbrink ook is gearriveerd horen we dat hij dit weekend in Gent bij de uitreiking van de Bronzen Uil de publieksprijs won. Een toepasselijke plaats, voor deze voormalige inwoner van de gemeente Gendringen. In de afgelopen jaren rezen beide sterren van deze Ulftse schrijvers Jonah Falke (1991) en Gijs Wilbrink (1984) snel. Ze waren eerst fanatieke muzikanten, maar inmiddels kennen meer mensen hen van hun beeldende teksten. Samen blikken we terug op 2023 en bespreken we hun genoten onderwijs in Ulft, inspiratiebronnen, de uitslag van de verkiezingen en de waarheid. Terloops citeren de heren soepel uit Kierkegaard en Sartre, maar hun zinnen staan ook vol met woorden als kearl en ouwehoer’n.

Door Meindert Bussink

Isala en Wesenthorst
Mulisch zei bij College Tour eens: “De leraren waren blij dat ik opgehoepeld was”. Hoe was jullie middelbare school? Falke die in Ulft op de Wesenthorst zat lacht meteen: “Haha, dat vat het wel samen. Ik wilde niks en zei: ‘Stuur mij naar het laagst mogelijke onderwijs, dan ben ik er zo snel mogelijk vanaf. Achteraf scherpt zoiets je wereldbeeld, omdat je dan tussen bouwvakkers, toekomstige werklozen en weet ik veel wat allemaal komt te zitten. Ik wilde nooit naar school, nog steeds eigenlijk niet.”

Waarom wilde Falke niet naar school? “Ik was gewoon recalcitrant.” Was hij niet nieuwsgierig? “Ik was wel nieuwsgierig, maar niet naar wat die middelmatige leraren allemaal te vertellen hadden. Dit was natuurlijk zeer misplaatst en arrogant, maar nee, ik vond het verschrikkelijk en mijn dyslexie hielp ook niet mee, want alles is taal.” 

Meneer Vlutters
Wilbrink zat op het Isala en vond het over het algemeen heel prettig: “Ik was een alternatieveling, een skater, een punker, en daar had je er daar genoeg van, dus had ik heel snel een vriendengroep, waar ik het goed mee kon vinden. Ik weet nog heel goed dat meneer Vlutters,leraar Nederlands, mij aan het lezen heeft gebracht. Hij was enorm fan van W.F. Hermans, die was net overleden toen ik in de brugklas kwam. Vlutters had zo’n passie, maar veel hadden moeite met hem, want hij kon ook heel streng zijn. Maar daarom vond ik het juist  wel een mooie kearl. ”

Hoopvol
“Ik zeg dat hij me toen aan het lezen heeft gebracht, maar dat klopt niet helemaal,” biecht Wilbrink meteen op. “Jarenlang, als het over boeken ging, zei ik dat Hermans mijn favoriete schrijver was, maar ik las alsnog gewoon helemaal niks. Ik had geen idee waar Nooit Meer Slapen over ging, ik kende maar één zin. Maar toen ik een jaar of tien later echt aan het lezen ging, was dat wel de eerste schrijver waar ik helemaal in dook. Dat was dus een soort vertraagd effect van het docentschap en dat is me bijgebleven. Dat vind ik hoopvol. Als leraren gefrustreerd zijn dat hun boodschap niet aan lijkt te komen: ooit kan het kwartje nog vallen.” Wilbrink kon het meneer Vlutters helaas niet meer vertellen: “Ik wilde meneer Vlutters mijn eerste boek geven en toen kwam ik erachter dat hij twee jaar daarvoor overleden was.”

Autoriteitsprobleem
Falke wilde het liefst muzikant worden: “Wat zit ik hier te nou te doen op school?” Als achtjarige jongen ofzo, zag ik je al bij het Sneeuwpop festival in Dinxperlo optreden als jongste act ooit: “Jazeker, we zijn zelfs twee keer in het Jeugdjournaal gekomen als jongste rockband van Nederland. Ik had toen, en dat heb ik misschien nog steeds wel een beetje, gewoon een autoriteitsprobleem. Als iemand iets oplegt, nou ja, dat vat het misschien wel al samen.” Had Falke geen meneer Vlutters? “Nee, absoluut niet. Mijn leraar Nederlands leeft nog wel, maar hij herkende me niet meer en zei over mijn eerste boek: “Hmpf joa.“ Wilbrink reageert verbolgen: “Wat een klerelijer zeg. Ik snap daar echt geen zak van, de successen van je oud-leerlingen zou je als leraar juist ook als jouw succes moeten zien. Jij bent toch ook een keer terug geweest, voor een les ofzo? Falke: “Ja, voor een soort lezing. Dat was een verhelderende ervaring. De leerlingen hadden het boek niet gelezen denk ik, maar ze hadden wel twee vragen: ‘Hoeveel geld verdien je als schrijver en is alle seks in dat boek waar?’

Zag Falke zijn misplaatste vooroordeel over het onderwijs twintig jaar alsnog bewaarheid zien worden? “Ik weet het niet. Op een VMBO gaat het misschien om ook andere dingen. Dat het in een groep allemaal functioneert, dat is misschien wel belangrijker dan wat er geleerd wordt en dat is dan ook wel weer heel leerzaam.” Zoals? “Nou, er overleed een keer een jongen bij ons In de klas. Dat was één van mijn beste vrienden en toen ineens toen was hij weg. Dan word je ineens volwassen zonder dat je dat wilt. Hoe de groep daarop reageerde, dat was mooi.”

Dan word je ineens volwassen zonder dat je dat wilt


Drive-By Truckers
Begonnen de heren al met schrijven op de middelbare school, want als muzikant schreven ze toen al songteksten. Falke: “Ik weet niet hoe het met jou zit met songteksten, maar dat is toch wel heel iets anders?” Wilbrink: “Qua muziek was Drive-By Truckers uit het zuiden van Amerika wel heel belangrijk. Ze kwamen ook uit de punkscene, en gingen met hun Southern Rock platen maken vol verhaaltjes over county’s in Tennessee. Dat was voor mij wel een openbaring, de mix van alternatieve muziek en het platteland, en zo kun je dus een verhaal vertellen. Toen ik aan mijn roman De beesten begon, wilde ik in eerste instantie ook een soort Drive-By Truckers nummer in romanvorm schrijven.”

Spinvis
Had Falke tekstuele voorbeelden? “Ja, ik maakte op de middelbare school een soort Spinvis-liedjes en die waren Nederlandstalig. Maar je kent die teksten van Spinvis, die zijn heel abstract. Dat maakte ik op zo’n Fostex, een vier sporen apparaat, op een casettebandje, waarbij ik alles zelf speelde. Ik heb het Spinvis toen ook nog opgestuurd en kreeg maanden later een bericht: “Wow, dit klinkt precies zoals ik in de jaren 80 klonk. Je moet echt doorgaan, doorgaan doorgaan. En pas op met vuurwerk, jongen.” Het was ook in deze tijd van het jaar. Dat was geweldig, maar Spinvis zei natuurlijk niemand wat op die middelbare school.  Dus ik schreef dus al wel, maar ja, het waren geen verhaaltjes.”

Spinvis was net als Pete Townshend een voorbeeld voor Falke. “Bij jou is het allemaal lekker logisch ofzo, het bouwt zich op,” vraagt hij aan Wilbrink. Wilbrink weet niet meer of hij dat in de loop van de tijd allemaal heeft zo geconstrueerd, maar achteraf klinkt zijn ontwikkeling van muzikant naar schrijver inderdaad als een logisch, lineair pad. Moet het logisch zijn? “Nee zeker niet. Alle omwegen in het leven vormen je juist ook. Achteraf ga je nadenken van: ‘Nou, dit plus dat is uiteindelijk dat geworden.”” Falke: “Dat is Kierkegaard. Het leven wordt voorwaarts geleefd, maar achterwaarts begrepen.”

Over quotes gesproken, Reve zei ooit: “Als je het opschrijft, dan staat het meteen op papier ook.” In een interview beschreef Wilbrink al eens een indrukwekkende Spartaanse werkwijze van vroeg opstaan. Je moet het inderdaad wel opschrijven. “Oh, dat vind ik heel geestig,” glimlacht Wilbrink. “Ik ging vroeg eruit, omdat ik nou eenmaal een ochtendmens ben. Door de lat laag te leggen, 200 woordjes per dag, kon ik het iedere dag volhouden.  Soms ben je daar met twintig minuutjes mee klaar en soms na een halve dag nog niet en dan heb je pech, maar vaak lukt het, tussen 6 en 7 uur ‘s ochtends kwam ik dan een heel eind.”

Observeren
Jullie kunnen allebei zo mooi observeren door dagelijkse of typisch Achterhoekse dingetjes die wij allemaal herkennen te beschrijven. Wat je net ook deed, dat je de fotograaf nadoet. Dat is een mooie observatie. Hebben jullie dat ergens geleerd? Wilbrink prijst Falke hiervoor: “Jij kan dat tien keer zo goed als ik. Jonah kan over straat lopen en een gesprekje met iemand voeren – en hij komt ook altijd iemand tegen haha – en hij weet diegene dan binnen een minuut helemaal te vatten. Ik moet echt dagen allemaal rijtjes gaan maken van wat is typisch Achterhoeks. ‘Oh ja toen zei mijn Tante Annie dit en dat.’ Ik vind mezelf niet zo’n goede observator.” Maar met een Spartaans ochtendschema en lijstjes kan het toch ook? “Ja inderdaad,” beaamt Wilbrink, “het gaat alleen wat langzamer.”

Heeft Falke een bepaalde werkwijze of voorbeelden? “Ja, talloze, en dat zijn ook altijd de dingen die ik aanstreep in boeken. Als je in twee zinnen iets ‘pats’” – en hij knipt met zijn vingers – kunt neerzetten, dat vind ik een mooie stijl.” Boh Foi Toch kan ook zo mooi observeren, en die band hebben jullie beide al eens genoemd als voorbeeld. Gijs, jij noemde Vrouw Begeerdink je favoriete Achterhoekse liedje.“Ja, die schrijven pas echt verhalen. In een bepaalde metrum en met een paar zinnetjes kan Keuper een heel dorp neerzetten”. Falke: “Ja prachtig, Zeet de jongs an de teke staon, iedereen herkent dat beeld.”

‘Vrijheid is ook verantwoordelijkheid’
Net als in de rest van het land is de Oude IJsselstreek rechtsaf geslagen en heeft voor de Partij van de vrijheid gekozen. Wat betekent vrijheid voor Falke en Wilbrink? “Vrijheid kan voor mij alleen bestaan als iederéén vrij is,” zegt Wilbrink. “Als er mensen onvrij zijn in een land als dit, dan is de rest ook onvrij. Vrijheid betekent voor mij ook verantwoordelijkheid. Dat zei Sartre al na de oorlog, dat hij eigenlijk in de oorlog gelukkiger was dan daarna, erg controversieel, omdat hij tijdens de oorlog niet die last van de verantwoordelijkheid voelde om iets van je leven te maken en goed voor elkaar te zorgen. Vrijheid is hartstikke mooi, maar je moet er wel goed mee om kunnen gaan.”

Verzonnen spook
Falke knikt instemmend: “Ik denk dat dit het moeilijkste is wat er is. Dat blijkt wel als je in een vrije wereld leeft en mensen zich vroeg of laat toch weer bedreigd voelen door wat voor spook dan ook, of door een verzonnen spook. Ik denk dat vrijheid verdomd moeilijk is en je het pas merkt als het weg is. Het is zo vanzelfsprekend als de lucht.” De Oude IJsselstreek heeft gekozen voor een verzonnen spook? “Nee dat zou ik niet zeggen,” corrigeert Wilbrink: “De mensen in de Oude IJsselstreek hebben, net als in heel veel gebieden in Nederland buiten de steden, geen verzonnen problemen, maar zijn wel echt teleurgesteld. Links heeft heel veel dingen laten liggen om die mensen bij zich te houden. En dus hebben ze zich laten verleiden een keuze te maken, waarvan ze de gevolgen waarschijnlijk niet helemaal overzien. Ik ben oprecht bang voor wat Wilders gaat doen. Maar ik ben niet bang voor zijn kiezers.”

“Verzonnen spook is dus misschien niet goed gezegd,” concludeert Wilbrink peinzend, “maar ook weer wel, als het om immigratie gaat. De mensen die als een bedreiging worden gezien, daar hoeven de inwoners zich hier eigenlijk helemaal niet zo veel toe te verhouden. Juist in de steden heb je veel verschillende culturen, achtergronden en klassen door elkaar heen – en daar wordt juist heel weinig PVV gestemd. Ik vind het wonderlijk dat de zogenaamde bedreiging zo ver weg is en je die toch als heftig ervaart”

“Wat ik wel stuitend vind,” vult Falke aan, ”dat maar 11% van de migranten asielzoeker is en het alleen maar daarover gaat. Ja, jongens, dat is gewoon niet het probleem. Dat hebben ze heel smerig ingezet.” Wilbrink: “Het is zoals dat plaatje van een bankdirecteur die met een hele schaal koekjes zit. Aande ene kant naast hem zit een witte arbeider en aan de andere kant iemand met een migratieachtergrond. De rijke bankier zegt tegen de arbeider met slechts één koekje op zijn bord ‘Pas op, die buitenlander probeert je koekje te stelen.’ Terwijl de bankdirecteur zelf een heel bord vol heeft.”

Lokaal nieuws
Falke met een kleine grimas: “Wil je het nu over Gaza hebben met deze twee Ulftse orakels?” De uitslag van de verkiezingen speelt een belangrijke rol in het nieuws en zodoende ook in het lokale nieuws. De heren wonen tegenwoordig in Utrecht (Wilbrink) en Amsterdam (Falke). Lezen ze daar ook lokale kranten? “Niet heel fanatiek, maar De Gelderlander berichten lees ik wel eens,” aldus Falke. Hij bedoelt natuurlijk De Gelderse Post? “Haha,” buldert Wilbrink en Falke glimlacht: “Ook inderdaad. Ik zag hier laatst een progressieve kop op de voorpagina van De Gelderse Post: ‘Bestaanszekerheid én armoede bestrijding’. Ik schreef een boek over armoede, in 2022 had men het over armoede, maar toen de middenklasse zelf iets armer werd spraken ze enkel over bestaanszekerheid, dat klinkt wat luchtiger. Ook de armoede-problematiek is gekaapt door de middenklasse. In die kop werd het nog als twee dingen benoemd. Zo moet het ook, denk ik, maar over armoede spreekt men liever niet. En zo dreigen de echte armen toch weer vergeten te worden.”

Wilbrink vult aan: “Mensen lezen de huis-aan-huis-krant vooral om te kijken wat er is gebeurd en wat eraan komt, maar je kunt het daar inderdaad over dit soort belangrijke onderwerpen hebben. Daardoor houd je mensen dichtbij en bewust:wat speelt er nou eigenlijk echt naast de braderie? Ik denk dat dat bij uitstek iets is wat huis-aan-huis-bladen kunnen, al brengt dat wel een verantwoordelijkheid met zich mee. Mensen die een dagblad nemen, die hebben die intellectuele stap al gemaakt om geïnformeerd te blijven.” 

Falke roemt de onpartijdigheid van de lokale krant: “Wat ik het allerleukste vind is dat er niet zo’n duidelijke politieke kleur is. Als je de NRC of de Telegraaf pakt, dan weet je soms wat je gaat lezen, maar dit is gewoon écht voor iedereen. Dat vind ik mooi.” Wilbrink vult aan: “Dat is überhaupt de kracht van een lokale gemeenschap. Ik heb het er in de kroeg wel eens met een lokale politicus over gehad en die zei dan: ‘Politieke kleur? Je moet gewoon kijken wat goed is voor Ulft, en dan ga ik met die ene van de VVD en die andere van de PvdA zitten en dan regelen we het gewoon.’ Dat vind ik heel mooi. Heel praktisch.

De waarheid
We hebben het gehad over observeren, verkiezingen, lokale media en de waarheid speelt daarbij overal een belangrijke rol. Reve schreef al eens: ‘De werkelijkheid herken je aan haar onwaarschijnlijkheid’ en Hermans zei ‘De meeste mensen houden hun paranoia voor de waarheid’. Als iedereen zijn eigen waarheid heeft, welke rol kunnen jullie als schrijver daarin dan vervullen? Falke: “Alleen maar onderstrepen dat het veelkleurig is.”

Wilbrink: “Jij hebt net een moeilijk boek – De geschiedenis van mijn sok - geschreven over je eigen familie, Jonah, over eigenlijk al die verschillende waarheden die naast elkaar kunnen bestaan.” Zijn de heren zich er bewust van dat ze ideeën kunnen kleuren? Zoals net werd gezegd, moeten wij als krant onze verantwoordelijkheid nemen bij de selectie van het nieuws. Dat is een waarheid die we niet mogen verloochenen, zodat mensen ons serieus nemen ongeacht de politieke kleur. Zien jullie een vergelijkbare verantwoordelijk als schrijver? Wat betekent de vrijheid om bijvoorbeeld een bandnaam als Porcelain Dream te kunnen verzinnen als een knipoog naar de waarheid?

Literatuur moet laten zien dát er niet één waarheid is


Wilbrink: “Ik denk dat je in de literatuur moet laten zien dát er niet één waarheid is. Daar zit het hem juist in. Op metaniveau bij de interpretatie van de lezer, maar ook in hoe personages elkaar verkeerd kunnen begrijpen of hoe een personage uit één stuk niet eens bestaat. Dat een mens morgen niet weet, wat hij vandaag heeft gedaan – zoals ook Hermans zei.  Dankzij literatuur krijg je begrip voor al die verschillende perspectieven op de waarheid.”

In zijn nieuwe boek vertelt Rob Wijnberg dat vroeger in de Middeleeuwen de waarheid van boven kwam. Het overkwam ons via de interventies van God. Met de verlichting werd de waarheid vindbaar, door ontdekkingen en observaties. Daarna, in de fase waarin we nu ook zitten, komt de waarheid van binnen. Ik vind dit, ik voel dat. Volgens Wijnberg moeten we eigenlijk toe naar een gedeelde waarheid. Een waarheid als weefsel, waarbij we elkaar nodig hebben. 

Falke reageert wat feller: “Ja, maar ik denk dan ook wel meteen weer aan wappies. Zo moet je ze niet noemen, maar als je een wetenschapper gaat wantrouwen en iedereen na een half uurtje googlen denkt te weten hoe het conflict in Israël in elkaar zit, dat vind ik ook wel heel irritant eigenlijk. Dat iedereen maar gewoon gaat lopen roepen. Het heeft ook iets gevaarlijks en dat is waar Trump ook heel handig gebruik van maakt.” “Dit kan desinformatie natuurlijk in de hand helpen,” vult Wilbrink aan. Falke: “Moeten we dan heel tolerant zijn voor alle meningen? Daar ben ik het dan niet mee eens. Ik snap het op sociaal niveau, maar…” 

“Helemaal eens,” beaamt Wilbrink: “Laat de fantasie maar aan ons fictieschrijvers over. Daar hoort het. Daarvoor lazen we vroeger fictie, want fictie is lekker niet waar. Laat ons lekker fantaseren, maar laat politici alsjeblieft de waarheid sprekenen op zoek gaan naar feiten.” Falke: “En je partijprogramma’s doorrekenen”. Wilbrink: “Ik vind dat we nu op een hele gevaarlijke weg bezig zijn met zoveel desinformatie die vanuit hele aanwijsbare plekken komt, en heel bewust onze samenleving in wordt gepompt. Ik denk dat het juist mooi is als we weer glashelder met zijn allen krijgen: waar hoort de waarheid en waar hoort de fictie?”

Ik heb in het interview een paar keer wat citaten gebruikt van de grote drie. Stel dat ik jullie tot de grote twee van de Oude IJsselstreek benoem, wie zou dan nummer drie zijn? Wilbrink: ‘Er loopt zoveel talent rond hier, laten we voor de Grote Honderd gaan!’

Tot slot, hebben we nog goede voornemens voor 2024? Wilbrink: “Ik hoop dan met mijn volgende roman heel ver te zijn, misschien wel een eerste versie af te hebben. Ik ga in januari beginnen. Falke: “Niet stoppen met roken. Nee, voornemens heb ik niet.”

Falke studeerde fine art painting aan ArtEZ in Enschede en exposeerde in binnen- en buitenland. Liefhebbers van popmuziek hebben Falke wellicht nog op diverse Achterhoekse podia gezien als frontman van de band Villa Zeno, waarmee hij plaat Self Made Woman maakte. Hij debuteerde als schrijver in 2016 met de roman Bontebrug. In 2022 verscheen het non-fictie boek Van Armoede en in 2023 De geschiedenis van mijn sok. Hij schreef voor Vrij Nederland, De Volkskrant, ELLE, Het Financieele Dagblad en VPRO Nooit meer slapen.

Gijs Wilbrink is schrijver, muzikant en podcaster. Hij debuteerde in 2022 met de roman De Beesten en in mei 2024 verschijnt zijn boek Strangwater, over een wandeling langs de Oude IJssel. In de podcast Nooit Gezien kijkt en bespreekt hij met actrice Anna Drijver en regisseur Ivo van Aart filmklassiekers die één van hen nog nooit gezien heeft. Hij zingt in de alternatieve rock en punk formatie ZERO ZERO ZERO, bracht in 2015 met het akoestische soloproject GFJF de ep Godawful Calmness uit met liedjes over leven en dood en speelde daarvoor met de rootsrock band Tenement Kids al eens een minuutje bij DWDD.

Afbeelding

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant